Kijken doe je met je ogen en zien doe je met je hersenen. Je ogen vangen licht op om te kijken en geven deze prikkels door naar de hersenen. Deze visuele informatie moet door de hersenen geïnterpreteerd en begrepen worden. Dus: wat je ogen zien, verwerken je hersenen. Gaat er in dit proces iets fout dan spreken we van visuele disfunctie. Of makkelijk gezegd de ogen werken niet goed samen.
Een visuele disfunctie kan het leerproces behoorlijk belemmeren. Dan zie je vooral problemen bij lezen, spellen en concentreren en het hebben van faalangst. Kinderen met een volledige gezichtsscherpte kunnen toch visuele disfunctie hebben. Met een Bioptor onderzoek kan dit getest worden. Bij een lui oog of twijfel verwijs ik door naar een arts of opticien.
Wat vooral opvalt bij een kind met een visuele disfunctie is dat deze kinderen lezen niet leuk vinden. Dit komt doordat lezen hen veel energie kost. Een kind kan 1 of meerdere kenmerken van visuele disfunctie hebben:
Om een woordbeeld op te bouwen is het nodig een woord in 1 keer te overzien. Er zijn kinderen die maar 3 letters tegelijk zien. Deze kinderen hebben een eigen manier ontwikkeld om een woordbeeld op te bouwen. Deze kinderen kijken naar de eerste 3 letters van een woord, kijken dan even weg van de bladzijde en slaan deze letters op in het geheugen. Vervolgens kijken ze naar de volgende 3 letters en kijken weer weg. Deze volgende drie letters worden opgeslagen bij de eerste 3 letters. Zij hebben nu 6 letters opgeslagen. Dit is een lastige klus. Het vergt tijd, concentratie en een heel goed geheugen. Het risico is groot dat er een verkeerd woordbeeld wordt opgeslagen (zwak woordbeeld). Een kind kan niet snel lezen als het geen woordbeelden opbouwt. Het blijft dan een spellende of hakkelende lezer die niet weet hoe de leestechniek verbeterd kan worden. Er ontstaat een zwakke spelling, zelfs na veel oefenen en opschrijven.
Kinderen kunnen cijfers en letters wazig, dubbel of dansend zien. Alleen met overmatige inspanning ziet het kind met een visuele disfunctie een scherp en stilstaand beeld. In de ochtend, als ze nog fris zijn, gaat het nog op school. Naar mate de dag vordert gaat het steeds minder goed. De leerkracht beschouwt dit doorgaans als een concentratie probleem. De kinderen waar het om gaat hebben vaak hoofdpijn en doen niet mee in de les.
Soms ontwikkelt het kind naast het leerprobleem ook gedragsproblemen. Een gedragsprobleem kan zich uiten in faalangst, een zwakke concentratie en/of druk gedrag. Het kind worstelt zich door de letters en woorden heen. Het kind krijgt letterlijk geen zicht op deze letters en woorden. Het zijn de kinderen van wie achterstand niet verwacht wordt. Ouders en leerkrachten zijn verbaasd en vaak wordt er onmiddellijk aan dyslexie gedacht. De verschijnselen die bij (echte) dyslexie horen zijn overlappend met de verschijnselen van een visuele disfunctie.
Daarnaast kunnen concentratieproblemen soms ten onrechte gediagnosticeerd worden als ADHD/ADD. Na onderzoek kan het onderliggende probleem een visuele disfunctie te zijn.
Een lange lijst van verdere mogelijke signalen van visuele disfunctie zijn:
Met behulp van een training gericht op de ogen en het VOR systeem kun je de samenwerking verbeteren.
Tijdens deze visuele training leer je de spieren van de ogen en nek te ontspannen en we trainen we de ogen. We doen specifiek oefeningen voor:
De training wordt als leuk en niet belastend ervaren, mede door de korte, leuke oefeningen die thuis worden gedaan en oefeningen op de speciale trampoline in mijn praktijk.
Duur van de training is 8 tot 10 weken, afhankelijk van het onderzoeksresultaat. Kind en ouder komen 1x in de week bij Niños en oefenen dagelijks kort thuis.
Als je denkt dat ik iets voor jou kan betekenen kom ik graag met jou in contact. Je kunt mij bellen op nummer 050 - 2113690. Mailen mag natuurlijk ook.